“Wandelen is het beste medicijn” HIPPOCRATES
Wat doet wandelen met lichaam en geest? Waarom voel ik mezelf zo veel helderder als ik regelmatig een stukje wandel. Wat gebeurt er in mijn hersenen als ik weer wat km’s te voet afgelegd heb. Wandelden mensen vroeger ook, of is dit meer van deze tijd?
Dat zijn vragen die bij me op komen tijdens een van mijn regelmatige ommetjes. Al wandelend orden ik mijn brein, vervelende gedachten laat ik wegvliegen waardoor er ruimte komt in mijn hoofd en nieuwe ideeën en vragen op ploppen in mijn hersenpan.
Thuis gekomen ga ik eens op internet zoeken.
De uitspraak ‘Wandelen is het beste medicijn’ is van Hippocrates van Kos, grondlegger van de Westerse geneeskunde. Hippocrates is geboren in 370 voor Christus en werd maar liefst 90 jaar oud. Dat zegt volgens mij al genoeg, je kunt er oud mee worden…
Dan kom ik de volgende hedendaagse teksten tegen:
Als je beweegt, bijvoorbeeld als je in een niet te langzaam tempo wandelt, begint je lichaam na ongeveer 20 minuten wandelen stofjes aan te maken waardoor je humeur beter wordt. Je gaat dan lekkerder in je vel zitten, je wordt opgewekter en je geheugen gaat beter functioneren.
Die stofjes worden aangemaakt omdat de activiteit van de hippocampus, een hersengebied, toeneemt bij meer lichaamsbeweging. Dit hersengebied speelt een belangrijke rol bij het leren en bij het onthouden. Door elke dag te lopen, verbetert je geheugen, neemt je vermogen toe om te plannen en om je aandacht op iets nieuws te richten. (Erik Scherder)
Zeven dagen per week een half uur lang stevig wandelen is goed voor je lijf en hersens – of minder vaak maar minstens 10 km per week!